Het onderzoekgeld is afkomstig van de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) van NWO. De NWA bevordert samenwerking tussen kennisinstellingen en maatschappelijke partners om urgente vraagstukken te onderzoeken.
Uitbraken van (nieuwe) infectieziekten bij mens en dier komen wereldwijd steeds vaker voor. Dat heeft te maken met diverse factoren, zoals bevolkingsgroei, internationale handel, reisverkeer en klimaatverandering. In Nederland wonen relatief veel mensen en (landbouw)dieren dicht op elkaar. In combinatie met ons waterrijke landschap en drukke internationale (handels)verkeer, maakt dit ook ons kwetsbaar voor uitbraken van infectieziekten.
en omgeving aan waardoor (nieuwe) uitbraken van (nieuwe) infectieziekten
mogelijk worden (copyright: Marion Koopmans / Frank Deege)
Professor Marion Koopmans is een van de wetenschappelijk directeuren van het Netherlands Centre for One Health en viroloog bij het Erasmus MC, dat het onderzoek zal leiden. "Grote ziekte-uitbraken zijn gelukkig vrij zeldzaam. Maar áls het gebeurt, gaan we vanaf dat moment pas onderzoek doen, waarmee we achter de feiten aanlopen."
Door de veranderende wereld moeten we er rekening mee houden dat infectieziekte-uitbraken vaker voor gaan komen, zegt Koopmans, ook in Europa. "Daarom gaan wij de krachten bundelen. En omdat de gezondheid van mensen, dieren en omgeving met elkaar samenhangt, doen we dat met partners uit verschillende disciplines in een zogenaamde One Health-aanpak. Samen beter voorbereid op de toekomst."
Het team zal zich met name gaan richten op de vector-overdraagbare ziekten: infectieziekten die overgebracht worden door insecten zoals muggen. Door de klimaatverandering komen exotische muggensoorten hier steeds vaker voor. Maar ook de huis-tuin-en-keukenmug kan (tropische) virussen overbrengen als de omstandigheden daarvoor geschikt zijn.
De recente uitbraak van het usutu-virus (de ‘merelziekte’) onder vogels toont aan hoe belangrijk het is om beter voorbereid te zijn op dergelijke ziekten. Het Vogeltrekstation van het NIOO - één van de nationale samenwerkingspartners in het project - speelt een belangrijke rol bij het verzamelen van gegevens over het Usutu-virus.
"Er is geen land waar zoveel vogels bekeken, geturfd of geteld worden", zegt hoofd Vogeltrekstation Henk van der Jeugd. "In die gegevens zitten allerlei signalen verborgen die ons in een vroeg stadium kunnen vertellen of er iets aan de hand is. Door gegevens slim te combineren en met geavanceerde technieken te bewerken pikken we die signalen op: plotselinge aantalsveranderingen, verhoogde sterfte, ongewone verplaatsingen enzovoorts. Vogels zijn hier dus letterlijk de 'kanarie in de kolenmijn' die ons vertellen dat we alert moeten zijn."
Luister naar wat Marion Koopmans en Henk van der Jeugd in 'Met het oog op Morgen' over het onderzoek vertellen. Het item begint bij minuut 25.
Uitbraken kunnen ontstaan door een samenspel van factoren. 25 promovendi, waarvan 2 bij Vogeltrekstation aan het werk gaan, richten zich de komende 5 jaar op vier thema’s die invloed kunnen hebben op het ontstaan van uitbraken:
Daarbij wordt onderzocht hoe de veranderingen in het klimaat, watermanagement, landbouwmethoden en welke importrisico’s het risico op een virusuitbraak in Nederland verhogen.
Door samenwerking met onderzoekers van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de bloedbanken in Nederland en de Cariben worden die uitkomsten vertaald naar maatregelen om beter voorbereid te zijn op een eventuele ziekte-uitbraak. "Uiteindelijk willen we een soort ‘weersverwachting’ voor risico op uitbraken ontwikkelen", aldus Marion Koopmans.
Tijdens het onderzoek zal het team samenwerken met verschillende wetenschappelijke instanties en gebruik maken van onderzoeksresultaten van andere projecten. Daaronder vallen ook citizen science-projecten: initiatieven waarbij burgers en bijvoorbeeld middelbare scholieren betrokken zijn. Zij maken gebruik van reis-apps zoals ‘GGD reist mee’ en de ZIeKA-monitor, en leveren onderzoeksgegevens aan van vogels, muggen en water. Het NIOO heeft uitgebreide ervaring met het werken met citizen scientists bij het verzamelen van zulke informatie.
"Onze citizen scientists zijn de vrijwillige maar goed getrainde vogelringers", zegt Henk van der Jeugd. "Zij bemonsteren vogels om erachter te komen welke virussen ze bij zich dragen. Dat levert ons informatie op over wat er in ons land is en wat er binnenkomt. Maar ook hoe zo'n nieuw virus zich vervolgens gedraagt, in welke gebieden het zich vooral ophoudt, wat de impact is op de vogel-gastheerpopulatie en welke risico's er mogelijk zijn voor overdracht op mensen."
NCOH is een samenwerking van 9 academische onderzoeksinstituten in Nederland dat inspeelt op het thema One Health. Het is doel is een geïntegreerde aanpak van de wereldwijde risico’s van infectieziekten en de ontwikkeling van duurzame oplossingen voor grote maatschappelijke uitdagingen op het gebied van dier- en volksgezondheid, gezonde wilde fauna en ecosystemen.